Waarom gaat op hetzelfde bedrijf de ene koe veel langer mee dan de andere? Waarom blijven de dochters van de ene stier veel langer in productie dan die van de andere? Waarom brengt de ene familie veel meer 100-tonners voort dan de andere? Er is nog veel niet bekend over de relatie tussen de genetische aanleg voor bepaalde kenmerken en de levensduur. Te vaak worden verwachtingen in de fokkerij gebaseerd op correlaties maar die zeggen niet genoeg over de relatie tussen de aanleg en de uiteindelijke levensduur. Er speelt veel mee mee en dat maakt fokken op levensduur lastig. Maar niet onmogelijk. Waar liggen de aangrijpingspunten? Op basis van resultaten uit het (wetenschappelijke) onderzoek en gesprekken met fokkers komen we tot een praktische blauwdruk voor het fokken van duurzame koeien. Die kun je vinden op het Kennisplatform voor levensduurverlenging.

Als je de bedrijfsvoering zoals de voeding en verzorging en de leefomgeving zoals de stalklimaat en ligboxen, goed voor elkaar hebt, dan maakt de koe het verschil. Omgekeerd haal je uit de beste koe niet alles als de rest niet op orde is. Fokken is dus niet belangrijker dan de andere zaken op het bedrijf, maar als je verkeerd fokt creëer je wel een probleem. Meer informatie over de achtergronden van de genetica in relatie tot de levensduur vind je op het kennisplatform voor levensduurverlenging. je kunt je daar op abonneren.